Hemelse schoonheid
‘Ik denk dat straks in de hemel niemand meer flaporen heeft en dat we allemaal mooi slank zijn!’ Ik val bijna van mijn stoel. Maakt ze nou een grapje? Mijn blik moet een mengeling van plezier en verbazing zijn geweest. Maar haar gezicht spreekt boekdelen.
Ze is bloedserieus, dit is een diepe overtuiging…
‘Zijn er echt meer mensen die dat denken?’ vraag ik mij af. Dat er in de hemel ook een soort van schoonheidsideaal zou zijn? En wat is dat ideaal dan? Inderdaad geen flaporen, scheve tanden, dikke billen?
Als dat het ideaal zou zijn, mag ik mij er dan ook even mee bemoeien, Heer? Niet respectloos bedoeld uiteraard. Maar weet U wat het is? Ik ben juist zo dol op al die eigenaardigheden.
Stiekem smelt ik weg van oneffenheden!
Dus als het even mogelijk zou zijn, zou U dan in de hemel een schoonheidsideaal willen neerzetten waarin iedereen een beetje anders mag zijn? Dat die eigenwijze neus net even omhoog wipt? En dat die spleet tussen de tanden, zo keurig gecorrigeerd door een jarenlange beugel, plotseling weer terug is? Oh en mag er dan iemand zijn met heel veel sproetjes? En dan het liefst echt heel veel, Heer, want daar word ik zo blij van!
Misschien een donker iemand met rode haren? Of een blanke huid met rode wangen? Of iemand met super ronde billen en dan ook iemand met billen zo plat als een pannekoek.
Mijn gesprekspartner ratelt nog even door, iets over een nieuwe schepping, perfecte wereld…
Ach Heer, weet U ik laat het wel bij U. Stiekem weet ik toch wel dat U net zo dol bent op die ‘gekkigheid’ als ik, U hebt het zelf gemaakt. En straks in de hemel, dan zal het allemaal toch verbleken bij Uw schoonheid…
Uw Koninkrijk kome. Uw wil geschiede, zoals in de hemel zo ook op de aarde.
Mattheüs 6:10