Vragen
De schoolbel gaat, iedereen om mij heen pakt vliegensvlug hun spullen en stormt het lokaal uit. Tijd voor pauze. Mijn docent las net voor uit een dagboekje, voordat hij bad voor het eten. Het ging over leven met God. De woorden hadden me geraakt, niet alleen wat hij voorlas, maar ook wat hij er bij vertelde vanuit zijn eigen leven. Ik slenter langzaam naar voren en plof op een van de tafels vooraan, vlak bij de deur.
Een jaar of twee geleden heb ik mijn leven aan Jezus gegeven, maar nu voelt het allemaal niet zo duidelijk meer. Als kind was ik altijd heel enthousiast geweest over God. Mijn geloof was rotsvast terwijl mijn leven minder stabiel was. Juist in die tijd was God een schuilplaats. Hij was het antwoord en het waard om voor te leven.
Maar nu?
Is het leven met God dit allemaal waard?
Waarom lijkt God nu zo anders dan 2000 jaar geleden?
Waarom staat Hij zoveel pijn en verdriet toe in de wereld?
Waarom grijpt God niet in in mijn leven?
Zou Hij mij zijn vergeten?
Bestaat Hij überhaupt wel?
Vanachter zijn bureau luistert mijn docent naar mijn vragen. Hij kent de details van mijn verhaal niet, maar hij neemt me serieus.
Hij is even stil voordat hij antwoordt:
‘Als je Hem met je hele hart en hele ziel zoekt, zal Hij zich laten vinden.’ (Jer.29:13)
Pfff… Wat klinkt dat makkelijk.
Ik schop mijn voeten gefrustreerd naar voren en spring op de grond. Ik bedank hem voor zijn tijd en zoek mijn schoolvriendinnen weer op.
Ik heb veel vragen. Vragen die niet zomaar beantwoord kunnen worden. Toch vind ik, mede dankzij dit moment, weer kracht om verder te gaan. Ook al heb ik nu nog niet alle antwoorden, ik kies er opnieuw voor om God te zoeken.
Dit is een sprong die ik wel wil wagen!